Mantelzorg en niet bovenmatige gift.
Erflater heeft zijn stiefdochter tot enige erfgenaam benoemd. Drie (klein)kinderen beroepen zich op hun legitieme portie. Partijen twisten over de omvang van de legitimaire massa.
Eén van de geschilpunten betreft de mantelzorg aan de gehandicapte dochter van erflater. Volgens de stiefdochter gaf erflater haar daarvoor maandelijks (eerst € 400,00 en later) € 800,00. De rechtbank achtte € 100,00 per maand aanvaardbaar als gift in de zin van artikel 4:69 lid 1 onder a BW. Vader was moreel verplicht dit bij te dragen aan onderhoud. Er werd tevens gekeken naar de mate van intensiteit van de zorg. Dit bedrag van € 100,00 werd niet opgeteld bij de legitimaire massa, echter het meerdere van de bedragen, ontvangen binnen vijf jaar voor erflaters overlijden, werden als giften meegeteld voor de legitimaire massa.
(Rechtbank Noord-Holland, ECLI:NL: RBNHO:2020:6294)